zondag 31 januari 2010

Ondergrenzen Cito-scores

Sinds 1997 hebben scholen voor voortgezet onderwijs zich verplicht aan afspraken over ondergrenzen voor de “toelaatbaarheid” van leerlingen. In principe worden de grenzen elke twee jaar opnieuw vastgesteld in de Stuurgroep Utrechtse Onderwijsagenda, op basis van gemeenschappelijke verantwoordelijkheid.

De ondergrenzen voor de toelaatbaarheid zijn als volgt vastgesteld:

526 VMBO kaderberoepsgerichte leerweg
532 VMBO theoretische leerweg
535 HAVO
540 VWO
545 Gymnasium

In de onderverdeling wordt geen rekening gehouden met mogelijke combinaties, zoals bijvoorbeeld VMBO-TL/HAVO. Belangrijk is wel dat er wordt aangestuurd op een zo scherp mogelijk geformuleerd advies.

In Utrecht geldt de afspraak dat een leerling toelaatbaar is, wanneer twee onderdelen (advies en CITO eindtoets) positief zijn.

De ondergrenzen zijn vastgesteld om zo goed mogelijk te kunnen waarborgen dat een leerling het onderwijsniveau cognitief aankan. Het ‘afstromen’ naar een lager onderwijsniveau na het eerste leerjaar is frusterend voor alle betrokkenen.

Toch kan het voorkomen dat een leerling op de CITO-Eindtoets een score behaalt die net onder zijn of haar normale niveau ligt. Het kind zou b.v. met een score van 531 en een VMBO-tl-advies niet toelaatbaar zijn voor VMBO-tl, terwijl de prestaties op de basisschool dit wel zouden rechtvaardigen. Met ingang van het schooljaar 2007-2008 is een ‘bespreekzone’ ingevoerd voor VMBO-tl, d.w.z. dat een leerling die een CITO-score heeft in de bespreekzone én een passend schooladvies door de leerkracht van groep 8 besproken wordt met de VO-school. De basisschool onderbouwt het schooladvies met de scores die het kind in de loop der jaren heeft behaald op de CITO-LVS-toetsen. Daarnaast geeft de leerkracht een beeld van de motivatie, doorzettingsvermogen, etc. Het toelatingsbesluit blijft voorbehouden aan de VO-school.

De bespreekzone is als volgt:

530 en 531 VMBO theoretische leerweg

Op basis van de ervaringen die hiermee worden opgedaan, zal uitbreiding van de bespreekzones naar andere onderwijsniveau een punt van overleg zijn.

Als het schooladvies en de CITO score zeer verschillen, dan is een 3e gegeven - de NIO-toets - over het cognitief niveau bepalend voor toelaatbaarheid in het voortgezet onderwijs.
In dat geval geldt: het resultaat van twee van de drie onderdelen telt.

Bron: